Vandaag, op World Food Day, werd op het World Food Center in Ede de Dutch Food Week afgesloten met een dagvullend programma voor food professionals, opgebouwd rond het thema circulaire voedselproductie.
De volle zaal moest even wachten op de openingswoorden van Minister Carola Schouten. Haar vertraging, veroorzaakt door het boerenprotest, illustreerde ongewild dat het voedselproductiesysteem ook in Nederland nog steeds grote uitdagingen kent. Uitdagingen die vragen om transities, om veranderingen die per definitie niet eenvoudig zijn. “Maar we moeten gewoon naar andere manieren van produceren, naar circulaire voedselsystemen. Net zo goed in Nederland als ook in andere delen van de wereld. Nederland kan en moet hierbij een belangrijke rol spelen.”
Ook Wiebe Draijer van de Rabobank zocht de sleutel in maximale samenwerking in de gehele keten. Van producent tot en met consument, en van wetenschapper tot en met overheid en NGO. “Boeren kunnen deze transitie leiden, maar de hele keten speelt daarbij een rol. Ons huidige voedselsysteem werkt niet meer, dat is wel duidelijk.”
De ochtend werd afgesloten met de lancering van twee Nederlandse initiatieven gericht op het üit de wereld helpen van honger: het Netherlands Food Partnership en SEEDNL.
In de middag vonden diverse workshops plaats om verder te concretiseren wat het betekent om over te schakelen naar circulaire voedselsystemen.
Parallel hieraan werd een eindje verder op het WFC door zo’n 200 jongeren uit meerdere landen gewerkt aan eigen oplossingen, op de Youth World Food Day.
Een andere, en zeer concrete invulling van internationale samenwerking en informatiedeling, werd gefaciliteerd in de ‘gouden container’ van het Shared Studios project. Hier konden in een kleine ruimte via een levensgrote videoconference, ideeën worden uitgewisseld met foodprofessionals en boeren in Rwanda en Nairobi. Directe internationale samenwerking met optimale inzet van technologie.De afsluiting van de Dutch Food Week betekende ook de laatste dag van de prikkelende fototentoonstelling ‘Wat eten we’, die de afgelopen 11 dagen het beeld op het WFC bepaalde.
