Samenwerking GOA Ventures en Cano-ela zorgt voor frissere kijk op eiwitten

Op het eerste gezicht hebben zeewier en raapzaad weinig met elkaar te maken. Toch bloeit er een mooie samenwerking op het World Food Center-terrein tussen GOA Ventures en Cano-ela. Beide bedrijven zetten in op plantaardige eiwitten als alternatief voor de dierlijke varianten. Door gezamenlijk gebruik te maken van onderzoeksfaciliteiten en het delen van kennis, zetten zij zichzelf op voorsprong in de eiwittransitie die zo hard nodig is.

In de zomer van 2022 landde GOA Ventures in ROOTS Innovation Hub op het WFC-terrein. Eigenaar Theo Verleun is overtuigd van de vele voordelen van zeewier in de eiwittransitie. “Wat ons bijzonder maakt, is dat wij naast eiwitten ook biogas creëren en dus volledig gebruik maken van het potentieel van zeewier, 0-waste”, aldus Theo. In een eerder artikel vertelde Theo over de niet te missen kansen die zeewier te bieden heeft.

Innovatie in een stroomversnelling
Samenwerken zit in het bloed van Theo. “De samenwerking met Cano-ela was snel beklonken. Wat we doen – onderzoeken wat de potentie is van eiwitten uit zeewier en raapzaad – lijkt heel erg op elkaar en het was voor ons al snel duidelijk dat we samen sterker zouden staan. In een korte brainstorm hebben we bedacht op welk vlak we elkaar kunnen helpen en wat daarvoor nodig is.

GOA ventures heeft bijvoorbeeld apparaten aangeschaft waarmee eiwitanalyses gedaan kunnen worden en waarmee eiwitten getypeerd kunnen worden op bijvoorbeeld grootte en kwaliteit. Daar heeft ook Cano-ela behoefte aan. Op hun beurt heeft Cano-ela apparatuur aangeschaft waarmee we toepassingen kunnen testen hoe de eiwitten als grondstof in een (consumenten) eindproduct kunnen fungeren. Denk aan een oven, keuken robot, en andere apparatuur. Daar waren wij eigenlijk nog niet aan toe, maar dat is nu in een stroomversnelling gekomen.”

Wake-up call
Dat de samenwerking meer oplevert dan enkel kostenbesparingen, was voor Theo al snel duidelijk. “Samenwerken is echt een rode draad in mijn carrière. Dat doe ik al zo lang als ik mij kan herinneren. In veel gevallen zorgt het voor een versnelling van processen, maar ook voor nieuwe inzichten. Door de samenwerking met Cano-ela zijn wij ons bijvoorbeeld gaan realiseren dat we alert moeten zijn op mogelijke zogenaamde ‘anti-nutritionele factoren’. In het kort gezegd zijn dat stofjes die zorgen voor een minder goede opname van o.a. de eiwitten in het darmkanaal kan plaats vinden. Het Cano-ela team is zich daar voor raapzaad heel erg van bewust . Dat was voor ons een verfrissende wake-up call om te checken of zoiets zich ook bij zeewier (eiwit) voordoet.”

Ook andere bedrijven zijn welkom
Wat Theo betreft hoeft het zeker niet te blijven bij alleen deze samenwerking. “Wij verwelkomen alle bedrijven die werken aan een gezonder en duurzamer voedselsysteem om een samenwerking te verkennen. Dat hoeven niet per se bedrijven te zijn die in eiwitten zitten, maar bijvoorbeeld ook in koolhydraten of vetten. Het ultieme doel is dat je voordeel hebt van elkaar. Dat is een werkwijze die ons heel goed past en ook past bij de plek die World Food Center aan het worden is. Daarbij geniet ik van de levendigheid en de gezelligheid die anderen brengen maar vooral de kansen om vanuit het World Food Center en de Gelderse Foodvalley deze innovaties sneller naar een betere wereld te brengen!”

Ben je benieuwd wat Cano-ela doet? Lees dan hier het interview met Juliana Romero Guzmán en Benjamin Maclean